Het puppy gebit

Een prachtig gebit is in onze mensenwereld een schoonheidsideaal.

Het is zelfs zo, dat een lelijk gebit je als eerste opvalt aan de ander.

Je ogen worden er als het ware naartoe getrokken.

Een slecht gebit zorgt voor onzekerheid, zichzelf terugtrekken door teveel schaamte.

Ook weten wij dat een slecht gebit grote gevolgen kan hebben voor je welbevinden, en zelfs voor je gezondheid.

Zo kan vergevorderde tandvleesontsteking samengaan met hart-en vaatziektes, Alzheimer, reuma en diabetes

Een slechte mondgezondheid zorgt voor een verminderde algehele gezondheid

Oke, dat geldt voor ons mensen

Maar hoe zit het met onze honden en hun gebit?

In dit blog gaan we in op het puppy gebit en wat er fout kan gaan met de wisseling naar permanent gebit.

Eerst wat voorkennis:

Onze hondjes worden tandeloos geboren.

Na zo’n 3 weken komen de eerste melktandjes door.

Rond 8 weken is het melkgebit compleet.

Nu gaat de pup leren hoe hij zijn kleine, scherpe tandjes kan gebruiken.

Hij gaat leren hoe hard hij kan bijten.

Ook gebruikt hij zijn tandjes om alles te onderzoeken.

Spelen doen ze ook met hun tandjes, met flostouwen, balletjes, trekspelletjes

Als eerste zal hij dat oefenen op zijn broertjes/zusjes

En die lekkere kauwbotjes, daar heeft je hondje ook zijn tandjes voor nodig.

Wanneer breekt het melkgebit door

• snijtanden 3-4 weken
• hoektanden 3-5 weken
• knipkiezen 4-12 weken

Het wisselen

Als je pup 4 tot 7 maanden is, wisselen de melktandjes voor het volwassen gebit.

In deze periode is het voor de pup fijn om veel te kunnen knauwen en knagen.

Zorg dan ook dat je pup voldoende knaagspeelgoed heeft, zodat hij niet jouw schoenen of jouw spullen te grazen neemt

Heel verstandig is om tijdens het wisselen regelmatig te controleren of het tandvlees er gezond uit ziet.

Zijn er geen bloedingen, geen ontstekingen?

Is het wisselen klaar, ga dan langs de dierenarts om te laten checken of alle tandjes en kiezen daar staan waar ze horen te staan.

Wanneer wisselt het melkgebit voor het permanente gebit:

• snijtanden 3-5 maanden
• hoektanden 5-7 maanden
• knipkiezen 4-6 maanden
• knobbelkiezen 4-7 maanden

Het melkgebit heeft geen knobbelkiezen, alleen het permanente gebit

Hoe gaat het wisselen van de tandjes?

De tandkiem van de permanente tand of kies is al bij de ongeboren pup aanwezig.

Deze tandkiem zit onder de melktand.

Zodra de melktand is doorgebroken, gaat de kroon van de permanente tand groeien.

Deze geeft druk op de wortel van de melktand.

De melktand komt hierdoor steeds losser te zitten en valt uiteindelijk uit.

Waaruit bestaat het gebit?

Het blijvende gebit van je hond bestaat uit 12 snijtanden, 4 hoektanden, 10 knobbelkiezen en 16 knipkiezen.

Je hond is een echte vleeseter, dat betekent dat het gebit geschikt is om een prooi mee te vangen en te verscheuren.

De sterke hoektanden zorgen voor het grijpen van de prooi..

De knobbelkiezen (of molaren) kunnen vlees malen en snijden.

De knipkiezen (heten ook wel premolaren) zijn enorm scherp en snijden het vlees in stukjes

Heeft elke hond hetzelfde gebit?

In de basis heeft elke hond hetzelfde gebit.

Ze hebben een scharend gebit:

• de ondersnijtanden raken net de achterkant van de bovensnijtanden
• de onderhoektanden liggen voor de bovenhoektanden als de bek gesloten is
• de kiezen van boven- en onderkaak wisselen elkaar af

Er zijn natuurlijk veel verschillende rassen, waaronder ook de rassen met een korte snuit.

Bijvoorbeeld de Mopshondjes, Bulldoggen, Boxers

Door de veranderde vorm van de schedel van honden met een korte snuit, staan de tanden en kiezen vaak scheef.

Dit komt door een tekort aan ruimte voor alle tanden en kiezen

Afwijkingen in het gebit

In de normale wisseling van melkgebit naar permanent gebit breken de permanente tanden pas door als de melktand is uitgevallen

Een melktand en een permanente tand mogen niet tegelijkertijd op dezelfde plaats in de bek aanwezig zijn

Datzelfde geldt ook voor de kiezen

Helaas gaan er hier vaak dingen verkeerd

Eerst oud eruit voordat nieuw erin komt

• Als een melktand te lang in het gebit blijft, of helemaal niet uitvalt, leidt dit tot een afwijkende stand van de blijvende tand.

Deze tand zal zal op een naastgelegen plaats doorbreken en de verkeerde stand aannemen

• Wat ook regelmatig voorkomt bij het melkgebit, is dat een hoektand afbreekt

Dit kan gebeuren door trekspelletjes

Om ontstekingen te voorkomen is het belangrijk dat de afgebroken hoektand snel wordt getrokken

Het gevolg kan anders zijn dat door de ontsteking die de afgebroken hoektand kan veroorzaken, de permanente hoektand wordt aangetast

• Het kan gebeuren dat een tand of kies niet doorbreekt, of zelfs niet is aangelegd

Dit is meestal geen probleem, tenzij je een showhond hebt, dan moeten alle tanden en kiezen aanwezig zijn

• Anders om kan ook gebeuren, juist een tand of kies teveel

In dit geval is het meestal beter om de extra tand of kies te laten trekken

De extra tand of kies kan problemen geven door ruimtegebrek

• Ook komt een over-of onderbeet regelmatig voor.

Een over-of onderbeet is niet schadelijk voor je pup

Waar je wel rekening mee moet houden, de tanden kunnen steeds schever gaan staan.

Ingrijpen en corrigeren zodra duidelijk wordt dat je pup een over-of onderbeet heeft, kan veel ellende voorkomen.

Gebitscontrole

Je snapt nu waarom het zo belangrijk is om het gebit van je pup te controleren, er kan veel fout gaan

Bij de puppy inentingen zal je dierenarts ook het gebit controleren

Zo niet, vraag of dat er naar gekeken kan worden!

Maar je dierenarts ziet jouw hondje maar sporadisch, het is jouw verantwoording om regelmatig in het bekje van je pup te kijken of de tandjes goed doorkomen en er geen afwijkingen zijn

Ook kun je gaan starten met de tandenpoets training.

Tandjes poetsen is ontzettend belangrijk om gebitsproblemen te voorkomen.

In dit blog meer hierover